Vraag naar native apps is doorgeschoten

Moderne bedrijfsapplicaties worden op iedere plek en op ieder device gebruikt. Voor bedrijven en organisaties rijst steeds de vraag: laat ik een native app ontwikkelen voor de appstores? Een responsive webapplicatie die op mijn browser werkt? Of een tussenvorm?

Geen winnaar

“Er is een reden dat al die opties nog bestaan. We hebben namelijk niet één duidelijke winnaar”, stelt docent informatica Bart van der Wal van HAN University of Applied Sciences. “Alle grote spelers in de IT-wereld gebruiken apps, maar kleine bedrijven hebben vaak niet de middelen en de mankracht om voor elk platform een app te maken en gaan voor een responsive webapplicatie. Veel businessapps werken prima op die manier. Zelfs games worden soms via de browser gespeeld.”

Toen app nog een applicatie was

Simon Hanemaaijer, productmanager HR-services bij Centric HR & Payroll Solutions, zag in de afgelopen decennia verschillende trends in de ontwikkeling van apps. In de beginjaren van deze eeuw was een app nog gewoon een applicatie op de desktop-pc. In de jaren na 2006 verhuisden de applicaties van de desktop naar het internet. “Er ontstond een enorme drang om naar het web te gaan. Applicaties moesten vooral browser-based zijn”, vertelt hij. “Nu zien we dat omkeren en groeit de vraag naar native apps weer.”

Te ver doorgeschoten

Hanemaaijer zag hoe bedrijven en organisaties vooral na de opkomst van de smartphone en de tablet een voorkeur kregen voor een native app voor mobiele devices. Die trend is volgens hem te ver doorgeschoten. Zeker als het gaat om businessapplicaties, bijvoorbeeld in de HR-wereld. “Apps die je gebruikt om verlofdagen aan te vragen of declaraties in te vullen gebruiken de meeste gebruikers niet dagelijks, maar meestal één keer per maand. Dat geldt voor heel veel applicaties. Er zijn maar een paar mensen die ze vaak gebruiken. Moet je daar dan een native app voor ontwikkelen en installeren?”, vraagt hij zich af.

Dubbele kosten

Zo’n app moet namelijk zowel in iOS als Android en soms ook nog voor het web ontwikkeld worden. Dat betekent dubbele kosten. “Dan moet je zeker weten of de businesscase klopt en of je dat geld wel terugverdient”, stelt Hanemaaijer. “Die klopt alleen als de vraag heel groot is of als je bijvoorbeeld via de app offline moet kunnen werken. Bij de ontwikkeling van een applicatie is het daarom verstandig om eerst te bepalen waar die voor bedoeld is en hoe vaak die gebruikt wordt. Meteen roepen ‘ik wil een app’ is zeker vanuit kostenoverwegingen en user experience helemaal niet logisch.”

Alternatief

Voor bedrijven en organisaties voor wie de dubbele kosten te hoog zijn, maar die desondanks een app willen hebben die op alle devices gebruikt kan worden, is er een prima alternatief: de responsive webapplicatie. Die draait via een browser op het internet en past zich aan het device en de grootte van het scherm aan. Of hij nou op de pc of een smartphone wordt gebruikt. “Het voordeel is dat je geen dubbele kosten kwijt bent en dat gebruikers geen gewenningsproblemen hebben omdat de functionaliteiten altijd hetzelfde zijn. Het enige nadeel is dat je er niet offline op kunt werken”, aldus Hanemaaijer.

Hybride apps

Volgens Van der Wal zijn er ook tussenvormen. Bijvoorbeeld een cross-platform app, die zich automatisch aanpast aan het platform waarvoor hij bedoeld is. Of een progressive webapp, een website die zich gedraagt als aan app. Populair is ook de hybride app, een combinatie van een native- en een web app. Die werkt zowel op iOS als Android, zodat je niet twee aparte apps hoeft te bouwen. “Niet iedere app hoef je uit de appstores te halen. Ook bij een responsive webapp krijg je een icoontje op je computer. Die voldoet in veel gevallen prima en is veel betaalbaarder omdat je dubbel ontwikkelwerk vermijdt. Zaak is om je klanten hierin te begeleiden”, zegt hij.

Mark Zuckerberg

De docent informatica vertelt zijn studenten altijd het verhaal over de start van Facebook. “Toen Mark Zuckerberg daar begin deze eeuw mee begon, wilde hij eigenlijk alleen een responsive webapplicatie bouwen, maar dat kon toen nog niet. Jaren later zou hij misschien andere keuzes maken, want de techniek is heel erg vooruitgegaan en er is steeds meer mogelijk”, vertelt Van der Wal.

Meerdere teams

Wat geldt voor bedrijfsapplicaties, geldt niet voor games. Die werken vaak het snelst en het beste op native apps. Voor gebruikers zijn ze het best vindbaar in de appstores. “Het probleem is alleen dat je drie keer zoveel kosten maakt en drie keer zoveel mensen nodig hebt voor een native app”, zegt CTO Youri Trugg van Miniclip Nederland, ontwikkelaar en uitgever van mobiele en online games. Miniclip Nederland heeft meerdere multidisciplinaire teams waarin alle expertises van iOS, Android en web moeten zijn afgedekt. “In 2014 hebben we de basis gelegd voor de huidige codebase, maar met de huidige mogelijkheden zouden we vanuit kostenoogpunt eerder voor een cross-platform app kiezen”, zegt hij.

Security

Responsive webapplicaties winnen het misschien qua kosten van native apps, maar hoe zit het met de security en de bescherming tegen hackers? Dat maakt volgens de experts niet zoveel verschil. Beide varianten zijn even goed te beveiligen, al bieden native apps daar volgens Van der Wal meer handvaten voor. Bij beide varianten bestaat het gevaar dat hackers de code achterhalen. “Het hangt van het ontwerp af. Het is een mythe dat webapplicaties veiliger zijn dan native apps”, zegt IT security adviseur Usman Saeed van Centric. Volgens hem zouden de meeste apps getest moeten worden volgens de top 10 van security risico’s en de mobiele top 10 van het Open Web Application Security Project (OWASP).

Alleen geavanceerde hackers kunnen volgens hem een zwak punt in de native app zelf vinden, maar als de app correct is gecodeerd, zouden ze niet ver kunnen komen. “Daarom moet je een goede security mindset hebben om apps te ontwikkelen. Alles moet veilig zijn. Niet alleen de app, maar ook de interface, de API. Die is vaak het kwetsbaarst”, aldus Saeed.